Hulp voor Friese ondernemers in de coronacrisis
Sinds het begin van de coronacrisis zijn er verschillende steunfondsen opgezet om de getroffen zelfstandige ondernemers in Nederland te ondersteunen. Ook Friese zzp’ers krijgen volop hulp van onder andere het Bureau Zelfstandigen Fryslân en Business Boost Fryslân.
Financiële middelen
De overheid, zoals de gemeente, verstrekt financiële middelen voor ondernemers die door de coronacrisis in de problemen zitten. In Friesland kloppen zelfstandigen aan bij Bureau Zelfstandigen Fryslân als ze geldproblemen hebben. Deze afdeling is onderdeel van de gemeente Leeuwarden. “Wij hebben het mandaat om ook uitkeringen te verstrekken in andere Friese gemeentes, behalve in Ooststellingwerf, Súdwest-Fryslân en Smallingerland. De Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Zelfstandig Ondernemers (TOZO) doen we echter wel voor Smallingerland”, legt Gerdien Wichers uit. Zij is binnen Bureau Zelfstandigen Fryslân één van de contactpersonen voor de regio Noordoost Friesland. De gemeenten waarvoor de afdeling geen mandaat heeft, hebben ervoor gekozen om de regelingen zelf uit te voeren door hun eigen consulenten. “Zij zullen daarvoor hun eigen redenen hebben. Die weet ik niet”, aldus Wichers.
Buiten de boot
De TOZO is een uitkering waarop zelfstandigen een beroep kunnen doen als hun inkomen door de coronacrisis tot onder het sociaal minimum daalt. Ondernemers vragen deze en andere vergoedingen via hun gemeente aan. Deze stuurt de mensen die hulp nodig hebben vervolgens door naar het Bureau Zelfstandigen Fryslân. Zij bepalen of de zelfstandige in aanmerking komt voor de TOZO-regeling. Veel ondernemers vallen echter buiten de boot, omdat er ook wordt gekeken naar het inkomen van de partner. Wichers: “Als je een partner hebt die €1600 verdient, wat best minimaal is, krijg je geen aanvulling meer van de TOZO.” Het inkomen van de partner wordt in mindering gebracht op de uitkering.
Prestart voor startende ondernemers
Als mensen vanuit de bijstand een bedrijf willen starten, biedt Bureau Zelfstandigen Fryslân de mogelijkheid om een prestarttraject te volgen. “Dat is een soort cursus van gemiddeld een halfjaar, waarin mensen vanuit de bijstand zich voorbereiden op het ondernemerschap. Gedurende die periode maken ze een ondernemingsplan, waarmee wij ze eventueel helpen om het bedrijf te starten”, verklaart Wichers. Tijdens de cursus houden zelfstandigen hun normale bijstandsuitkering. Hierna delen ze het ondernemingsplan met Bureau Zelfstandigen Fryslân, die aan de hand daarvan kan besluiten om de prestarter drie jaar lang financieel te ondersteunen. Als deze minder dan de bijstandsnorm verdient, wordt het tekort met een uitkering opgevuld door de instantie. “Onze uitkering is best een lastige, want het is een lening in eerste instantie. Deze kan later omgezet worden in een gift, afhankelijk van het inkomen van de ondernemer”, meldt Wichers. Een zzp’er hoeft geen rente te betalen over de lening van Bureau Zelfstandigen Fryslân.
Ondernemers kunnen in de coronacrisis een beroep doen op de TOZO.
Krediet verstrekken
Bureau Zelfstandigen Fryslân verstrekt naast leningen en uitkeringen ook kredieten aan startende ondernemers die een haalbaar ondernemingsplan hebben. Gevestigde ondernemers die tijdelijk in zwaar weer zitten, kunnen hiervan ook gebruikmaken. Een krediet is een lening die de zelfstandige terug moet betalen met de wettelijk bepaalde rente van 8%. Met deze lening betalen ondernemers hun schulden of doen zij investeringen in hun bedrijf, waaraan de bank niet zijn vingers wil branden. “Wij zijn geen bank, maar een bijstandsorganisatie. We hebben geen winstoogmerk, we zijn er om ondernemers te ondersteunen als ze nergens anders terechtkunnen”, licht Wichers toe. Zzp’ers moeten eerst aankloppen bij de bank voor een lening, willen ze krediet ontvangen van Bureau Zelfstandigen Fryslân.
Nauwe samenwerking
Bij de Rabobank is de kredietverlening aan midden- en kleinbedrijven doorgegaan tijdens de coronacrisis, meldt Eric Lagerwey. De woordvoerder van de bank legt uit dat gedurende de crisis in een nauwe samenwerking met de overheid een reeks financieringsproducten beschikbaar is gekomen waarop het MKB een beroep kan doen om de periode van corona te overbruggen. Kleine ondernemers kunnen bijvoorbeeld het Klein Krediet Corona (KKC) aanvragen. Dit is een overbruggingslening waarbij de overheid garant staat voor 95 procent van de financiering. Deze lening is voor bedrijven die als gevolg van de coronamaatregelen tijdelijk een liquiditeitstekort hebben. Zo kunnen bedrijven zich beschermen tegen de financiële tegenslagen die corona veroorzaakt. De maximale hoogte van de lening is €50.000.
Beperkte voorwaarden
Om in aanmerking te komen voor financieringsproducten zoals het KKC, moet de ondernemer aan beperkte voorwaarden voldoen. De Rabobank kijkt bijvoorbeeld naar de verdiencapaciteit die een onderneming pre-corona heeft laten zien. “Overige voorwaarden waaraan een bedrijf aan moet voldoen zijn voor coronafinancieringen beperkter in vergelijking met reguliere financieringen. Overigens hebben wij veel MKB-ondernemingen in deze periode ook van liquiditeit kunnen voorzien door hen een pauze aan te bieden voor aflossingen”, deelt Lagerwey. Met reguliere financieringen bedoelt hij het aangaan van investeringen, waar MKB-ondernemingen in coronatijd ook gewoon een beroep op kunnen doen. “Daarvoor gelden onze reguliere acceptatievoorwaarden, zoals het aanleveren van een liquiditeitsprognose. Daarbij houdt de bank ook rekening met opgebouwde verplichtingen aan andere partijen, zoals de belastingdienst en leveranciers. In sommige sectoren gelden bij reguliere financieringen ook sectorspecifieke additionele eisen, bijvoorbeeld voor duurzaamheid”, concludeert de woordvoerder van de Rabobank.
Kennis bundelen
Verschillende Friese partijen en banken zijn aangesloten bij Business Boost Friesland. Dit programma maakt deel uit van het Innovatiepact Fryslân en heeft als doel om hun kennis ter beschikking te stellen voor ondernemers in de coronacrisis. Business Boost Fryslân verstrekt geen krediet aan ondernemers zoals Bureau Zelfstandigen Fryslân dat wel doet. “Wat we wel doen, is kennis bundelen en ter beschikking stellen aan het MKB”, deelt Saskia IJszenga. De programmamanager van Business Boost Fryslân stelt daarnaast dat grotere bedrijven allemaal specialisten in dienst hebben. IJszenga: “Kleinere midden- en kleinbedrijven hebben dit niet en daar is dit programma voor. We willen dat deze bedrijven sterker uit de coronacrisis komen, zodat ze het achteraf bestempelen als een kans.” Business Boost Fryslân doet dit bijvoorbeeld door ondernemers die door de pandemie zijn geraakt in contact te brengen met een expert uit een ander vakgebied. Deze kijkt naar de kwaliteiten van de werknemers binnen het midden- en kleinbedrijf en kan op basis daarvan de zzp'er kennis laten maken met een andere bedrijfssector. •